Community Abonneren
×

De wijkverpleegkundige en het sociaal domein: hoe zit dat?

Wijkverpleegkundige als schakel tussen zorg en welzijn. Vilans over wijkverpleegkundigen en sociaal domein.

Het CIZ indiceert niet meer. Het is de wijkverpleegkundige die bepaalt welke zorg iemand nodig heeft. Daarmee lijkt de rol van wijkverpleegkundigen op die van huisartsen. Lukt het wijkverpleegkundigen om de schakel te vormen tussen het medisch en het sociaal domein? Dat heeft Vilans deze zomer gepeild bij 32 thuiszorgaanbieders. Belangrijkste uitkomst: wijkverpleegkundigen hebben inderdaad een prima positie in de wijk om zorg en welzijn met elkaar te verbinden.

2015 is een leerjaar. Die uitspraak klinkt regelmatig als Vilans thuiszorgorganisaties vraagt hoe het gaat met de wijkverpleegkundigen die samenwerken in de wijk. In de praktijk moet nog ontdekt worden wat een goede manier van samenwerken met het sociaal domein is. Wat hun positie betreft: uit de peiling die Vilans afgelopen zomer onder 32 thuiszorgaanbieders heeft gehouden, blijkt dat de meeste wijkverpleegkundigen óf onderdeel uitmaken van óf samenwerken met een sociaal wijkteam. Ze geven aan dat de keuze voor deze positie vooral is bepaald door de gemeente. Vrijwel alle thuiszorgaanbieders zijn van plan om die positie in 2016 te continueren.

Onder wijkverpleegkundige zorg vallen naast de zorgtaken ook coördinerende en signalerende activiteiten die niet aan één specifieke cliënt te koppelen zijn. Bijvoorbeeld bij iemand langsgaan die (nog) niet in zorg is (onder andere zorgmijders) naar aanleiding van een signaal van de gemeente of van een huisarts.

Dit soort activiteiten leveren een belangrijke bijdrage aan het verbinden van zorg en welzijn in de wijk. Het gaat om de beschikbaarheidsfunctie van de wijkverpleegkundige in de wijk: de zogenoemde “niet-toewijsbare zorg”.