Community Abonneren
×

Gezamenlijke aandacht voor de mondgezondheid van ouderen

Mondzorg moet in vijfenzestigste levensjaar op orde zijn. Aandacht voor de mondgezondheid van ouderen.

De mondzorg voor ouderen is vaak versnipperd. De zorgprofessionals die verbonden zijn aan gezondheidscentrum Maarn-Maarsbergen vonden dat dit anders moest. Via een project zorgden ze voor gerichte kennisdeling, zodat de mondgezondheid van ouderen nu veel structureler aandacht krijgt. 

In gezondheidscentrum Maarn-Maarsbergen is een project gestart waarin de huisarts, de fysiotherapeut, de thuiszorg, de POH-ouderenzorg en de tandarts en mondhygiënist allemaal een rol spelen om de mondgezondheid van ouderen in de gaten te houden en zo snel de koppeling te kunnen leggen tussen iemands mondgezondheid en algehele gezondheidstoestand. Een belangrijke koppeling, want bij wie problemen in de mondgezondheid optreden, liggen ook andere gezondheidsproblemen op de loer. De aandacht voor de wisselwerking tussen die twee begint pas de laatste jaren structureel vorm te krijgen. Tandartsen vragen bij het invullen van het statusoverzicht van de patiënt bij diens halfjaarlijkse controle tegenwoordig altijd naar iemands algemene gezondheidstoestand en zijn medicatiegebruik. Heel belangrijk, want op basis van onderzoek is vast komen te staan dat de mondverzorging impact heeft op uiteenlopende ziekten zoals diabetes, luchtweginfecties, hart- en vaatziekten, reuma en de ziekte van Crohn. Om een voorbeeld te noemen: bij diabetespatiënten met tandvleesaandoeningen is de bloedsuikerspiegel slechter geregeld dan bij diabetespatiënten die dit probleem niet hebben.

Ook is uit onderzoek gebleken dat er een verband is tussen mondgezondheid en medicatiegebruik. Medicijnen voor COPD, antidepressiva en diabetes kunnen leiden tot een droge mond en geïrriteerde slijmvliezen. Anti-epileptica, prednison, medicijnen tegen astma en medicijnen tegen hoge bloeddruk kunnen eveneens bijwerkingen geven in de mond.

Het is dan ook niet voor niets dat tandartsen die zich specialiseren in mondzorg voor ouderen ervoor waarschuwen dat de mondgezondheid zo rond het vijfenzestigste levensjaar op orde moet zijn. In de jaren daarna beginnen andere gezondheidsproblemen de overhand te krijgen, waardoor de aandacht voor de mondgezondheid steeds meer op de achtergrond komt te staan. Gebeurt dit terwijl het gebit op dat moment nog goed is, dan is bijsturen nog relatief eenvoudig op het moment dat de eerste klachten zich manifesteren. Maar laat de uitgangssituatie van het gebit op dat moment al te wensen over, dan liggen enorme problemen op de loer.