Community Abonneren
×

Digitalisering oplossing of doodsteek voor de huisartsenzorg?

De continuïteit van de huisartsenzorg staat onder druk. Waar de een een gedeeltelijke oplossing ziet in digitalisering, is de ander juist bevreesd dat hierdoor de kernwaarde van het huisartsenvak alleen nog maar meer onder druk komt te staan. Een viergesprek.

PREMIUM

Het hele artikel lezen?
Login om het hele artikel te lezen

Geen account? abonneer gratis!

Abonneren

  1. Helemaal eens met Terpstra. Het is een typische huisartsenreflex om problemen die zich voordoen te willen oplossen. Kan het niet zoals het moet dan moet het maar zoals het kan. Pragmatisme bij uitstek zonder je af te vragen hoe we in deze situatie verzeild zijn en waarom die ideale situatie niet bereikbaar zou zijn. Daar zie ik ook LHV en VPHuisartsen in gebreke blijven. Inhoudelijk (zie Woudschoten) zijn we het wel eens, maar randvoorwaarden daarbij stellen gebeurt niet. Kleinschaligheid bevorderen zou een oplossing kunnen zijn, maar dat kost geld en de overheid weigert al jaren echt te investeren in eerste en nuldeijns zorg. Groter denken en kleiner doen geldt ook voor ons huisartsen. Maar dat moet wel van de beroepsgroep zelf komen om veel hardere eisen richting overheid te stellen. De akkoorden tot nu toe zijn veel te soft. Maar daar heb ik een hard hoofd in.

    1. Bedankt voor je reactie Herman. Kleinschaligheid bevorderen zou een oplossing kunnen zijn, stel je. Bart Timmers plaatst daar vraagtekens bij. Herken je die of niet?
      Afgezien daarvan, ‘het moet van de beroepsgroep komen’ horen we al geruime tijd, maar blijkbaar gebeurt het niet of onvoldoende. Wat verklaart dit naar jouw idee?

  2. De typische huisartsenreflex is herkenbaar, maar uit nood geboren vind ik de intentie van Arene niet op voorhand slecht. Al hoort dit wetmatig bij de zorgplicht van de verzekeraar. Over praktijkverkleining het volgende. Om de rekennorm te verlagen van 2095 naar bv. 1800 kost grofweg 666 miljoen per jaar, vraagt om 1346 extra praktijkhouders, vraagt om regelgeving waarbij opgelegd bestaande praktijken worden verkleind, vraagt daarnaast om opgelegde (betere) regionale spreiding. Aan geen van vier voorwaarden wordt nu voldaan. Huisartsenzorg zit in de basisverzekering vanwege het 24/7 bestaande laagdrempelige poortwachterschap met de integrale benadering, niet zozeer vanwege de kosten. De kosten voor deze 24/7 zorg zijn gemiddeld 211 euro per burger (2019). Kleinschaligheid, praktijkhouderschap van de huisarts en een spreidingsbeleid zouden voor mij de bouwstenen zijn om voor de toekomst huisartsenzorg in de basisverzekering te houden. NB: maar ik ben al 5 jaar geen huisarts meer.

    1. Interessante voorwaarden die je benoemd Anton, heel verhelderend dus bedankt daarvoor. 666 miljoen per jaar is geen klein bier en die 1.346 extra praktijkhouders zie ik nog niet zo snel opstaan. Toch benoem je de kleinschaligheid en het praktijkhouderschap (plus spreidingsbeleid) wel als de bouwstenen voor toekomstbestendigheid van de huisartsenzorg in de basisverzekering. Bedoel je hiermee te zeggen dat de huisartsenzorg voor een onmogelijke opgave staat, of interpreteer ik je dan verkeerd? Correct me if I’m wrong alsjeblieft, maar duid dan alsjeblieft ook hoe dat doel van toekomstbestendigheid naar jouw mening kan worden gerealiseerd.

  3. Beste Frank, in oktober 2020 heeft de LHV al gepleit voor extra opleidingsplekken, maar die 1346 extra moeten (dus) in eerste instantie komen uit de 13.710 geregistreerde huisartsen (1 januari 2019). Ik zeg niet dat het een onmogelijke opgave is, maar het gaat dan om vier doelstellingen:
    -we streven naar 17,2 mln/1800 = 9556 praktijkhouders
    -hiervoor is extra budget nodig van 666 mln bovenop de 4,1 miljard kader van nu (voor praktijkkosten en inkomen)
    -praktijkverkleining: streven naar 1800 als normpraktijk met groen licht van toezichthouders (NZa, IGJ, ACM)
    -spreidingsbeleid met als doel, dat als elke Nederlander verplicht is premie te betalen er dan ook recht is op HA-zorg in de buurt
    Dit zijn de 4 doelen, de instrumenten hoe er in welk tempo te komen hangen af van politieke wil, wetgeving, zorgcontracten, z.n. HLA, opstelling toezichthouders, opstelling PF en de voortgang van Rebel/inzet HA-verenigingen. Het woord “onmogelijk” bestaat niet bij mij, het woord “onwil” ken ik wel. Verder verwijs ik naar mijn blogs en website met een zoekfunctie. HGr A.

    1. Wederom verhelderend Anton dus wederom dank. Ook ik vind ‘onmogelijk’ een onmogelijk woord. Maar wat je schrijft sluit wel aan bij wat Jasper Schellingerhout in het interview zei over alleen wensen horen en een oplossing willen creëren voor nú. ‘Uit nood geboren vind ik de intentie van Arene niet op voorhand slecht’, schreef je in je eerdere reactie al. Dat vind ik een realistisch perspectief van je.

  4. Interessant stuk en leuk om de diverse meningen te lezen. Dat Anton al 5 jaar geen praktiserend huisarts meer is doet naar mijn mening niets af aan zijn enorme kennis ervaring en inzicht in de diverse krachtenvelden die er spelen. Als kernwoorden lees ik investeren in kleinschaliger maken van praktijken, aantrekkelijker maken van praktijkhouderschap (mede daardoor) en daardoor meer continuïteit voor de patiënt. Hierdoor schep je de voorwaarden voor het opbouwen van een relatie met je patiënten waardoor de contacten wellicht sneller laag- (minder) complex worden en er meer tijd energie en draagkracht is voor de complexere zorgvragen. Uiteindelijk een oplossing van de lange adem denk ik waarmee we het huidige “huisartsentekort” en de veelheid aan hulpvragen voor nu niet oplossen. Ik hoop dus van harte dat Arene een korte termijn oplossing zal zijn.
    Daarbij: waarom hebben we het niet over de veelheid aan parttime werkende huisartsen? We hebben een peperdure opleiding genoten en er is een overvloed aan werk. Waarom accepteren we dan met zijn allen dat we met 16 uur per week in de praktijk onze registratie behouden? (En dan heb ik het niet over collega’s in bijzondere omstandigheden) Misschien ben ik wel een hele naïeve jonge praktijkhouder met ouderwetse opvattingen, linksom of rechtsom zal er toch iets moeten gebeuren. Ik denk dat het stimuleren van Praktijkhouderschap een van de speerpunten zou moeten zijn waarbij digitalisering geen oplossing is
    maar afhankelijk van de dokters,populatie en regio wel een mooi hulpmiddel zou kunnen zijn

  5. Ook jij bedankt voor je reactie Helmi. Hoewel ik je punt begrijp over de parttime werkende huisartsen denk ik dat je daar toch weinig aan kunt veranderen. De jonge generatie heeft andere opvattingen over werk en leven dan de oudere. Ik merk dit ook aan mijn eigen jongvolwassen kinderen die heel graag werken (beiden niet als huisarts overigens, maar dit terzijde), maar ook heel graag andere dingen doen en dus niet kiezen voor fulltime werken. Dat is een heel bewuste keuze. Niet per se een keuze die voor jonge huisartsen praktijkhouderschap in de weg hoeft te staan. Maar wel een die in de discussie over de toekomst van praktijkhouderschap een plaats verdient. Want hij heeft wel gevolgen.

  6. In de medische wereld, de wetenschap, wordt meestal gevraagd of er ‘conflicting interests’ zijn.
    Dat mis ik hier.
    De heer van Wijck, niet onafhankelijk, niet objectief, heeft het voor elkaar gekregen om meerdere professionals ( gratis) om tafel te krijgen, teneinde daar 1, 2, of misschien wel meer, goed betaalde artikelen uit te persen.
    Ik voel plaatsvervangende schaamte.

    1. Conflicterende belangen? Als digitalisering in de huisartszorg een hoge vlucht neemt verdien ik daar precies evenveel aan als wanneer er een definitieve streep door wordt getrokken en de praktijkverkleining en loskoppeling van de ANW-diensten volledig tot stand komen. Niets namelijk. Voor mijn journalistieke werk word ik betaald inderdaad, dat is waar. Maar ik mag aannemen dat jij je werk als huisarts ook niet pro deo doet.
      Je opmerking dat ik Jasper, Derk, Nico en Bart gratis aan tafel heb gekregen kan ik niet plaatsen. Had ik hen moeten betalen voor het viergesprek? Dat is in de journalistiek op zijn zachtst gezegd ongebruikelijk. En wat de plaatsvervangende schaamte betreft, daarmee wek je een beetje de indruk de vier geïnterviewden naïef te vinden. Dat zijn ze niet.

  7. Interessante discussie. Mijn oprisping: De digitalisering van de samenleving (en hier: van de huisartsenzorg) heeft ongetwijfeld vele voordelen gebracht. Toch zie ik een soort tweedeling ontstaan: digitaal vaardigen en digitaal niet (zo) vaardigen. Velen zeggen, en daar zullen ze wel gelijk in hebben, dat die laatste groep wel grotendeels zal uitsterven. Moeten we daar blij mee zijn? Worden we gelukkig van de alom aanwezige oeverloze tienkeuzemenu`s, met….”een ogenblik geduld nog , er zijn nog X wachtenden voor u”…doorverbindingen, mistige websites, waarbij telefoonnummers zorgvuldig worden weggestopt en andere ICT-frustraties? Is het goed dat bankkantoren en vele winkels, net als huisartspraktijken, in kleine plaatsen verdwijnen en dat mensen die bij voorbeeld niet kunnen internetbankieren, nu voor allerlei diensten moeten betalen? Voor de huisartsenzorg: moeten algoritmen de problemen maar oplossen? Alle waar is naar zijn geld. Als we als samenleving niet de kostprijs van ook kwantitatief goede zorg willen betalen, dan moet de burger maar met mindere kwaliteit genoegen nemen. Dat kan, dat is een politieke keuze. Zo zijn in Nieuw-Zeeland, waar ik 6 jaar gewerkt heb, de zorgkosten per inwoner ruwweg de helft van die van de Nederlander. De kwaliteit is vergelijkbaar. De kwantiteit niet: lange wachtlijsten in het publieke domein, een parallelle private zorg met snellere toegang voor wie het kan betalen en ook voor veel zaken, o.a. huisartsenconsulten en zeker ook ANW-huisartsenzorg, een behoorlijke eigen bijdrage. Het kan daar. Het is een keuze hier: wat wil men? Je zou het de burger, de kiezer, moeten kunnen vragen in de verkiezingsperiode: Wilt u simpele, lastig bereikbare, afstandelijke en minder persoonlijke zorg met drempels, een zorg die goedkoper is, of wilt u laagdrempelige, hoogwaardige, persoonsgerichte en patiëntvriendelijke zorg, die dan wel duurder zal zijn?
    Dat laatste kan natuurlijk best: praktijkhouderschap stimuleren; praktijkverkleining, het is al vaak genoemd. Financiële incentives dus.
    Daarnaast ook zou ingewerkt kunnen worden op de mentaliteit van de jongere garde. Eerder heb ik al gepleit voor een soort contract voor HAIO`s en AGIO`s. Zij hebben uitzicht op een prima baan/functie/leven. Bij instappen in de opleiding als tegenprestatie dan ook tekenen voor het zich verbinden enkele jaren fulltime te werken in een in overleg (door de overheid) aan te wijzen locatie. Net als destijds bij Defensie bijvoorbeeld, waar mensen de artsenstudie betaald konden krijgen door Defensie, onder aangaan van een contract, enkele jaren na afstuderen te werken voor Defensie. Simpel, voor de jonge garde: het leven kent niet alleen rechten, maar ook plichten. In Nieuw-Zeeland heeft dit bij dierenartsen heel goed gewerkt. Zij blijven vaak met tevredenheid hangen in het hun toegewezen gebied.
    Afsluitend: digitalisering is voor de huisartsenzorg een hulpmiddel, geen panacee. Laat de burger, de patiënt, meedenken over hoe de zorg moet worden vormgegeven, door dit een kardinaal onderwerp te maken van de komende verkiezingen. Want…alle waar is naar z`n geld.

  8. Bedankt voor je reactie Cees. Je belicht twee heel interessante opties. Ten eerste natuurlijk de politieke keuze die je kent uit Nieuw-Zeeland, om een tweedeling te maken tussen goedkopere standaardzorg en duurdere luxezorg. Een tweedeling die natuurlijk in meer landen bestaat, kijk maar naar Engeland. In Nederland hadden we voor het huidige stelsel het onderscheid tussen ziekenfonds en particuliere verzekering. Eenzelfde onderscheid zou je in het huidige stelsel kunnen invoeren door restitutiepolissen significant duurder te maken dan naturapolissen. Een politieke beslissing inderdaad. Of die een oplossing zou bieden voor de huidige problematiek in de huisartsenzorg betwijfel ik echter.
    Dan je tweede optie, die over de plichten tegenover de rechten. Die zou – toegepast zoals jij voorstelt – natuurlijk wél gevolgen kunnen hebben voor de huisartsenzorg. Wellicht zullen sommigen hierbij de vrees uiten dat jonge mensen dan liever niet meer voor de opleiding tot huisarts kiezen als er een verplichting tegenover staat om zich vervolgens een aantal jaar ergens te vestigen. Maar ik vraag mij dat serieus af, want het biedt wel een toekomstperspectief met zekerheid. De moeite waard om eens verder te onderzoeken.

  9. Complimenten voor het artikel en mooi om de verschillende invalshoeken te lezen. Wat ik een beetje mis in de reacties is wat de patient wil. Ik zit al meer dan een jaar bij Westerdokters en ik vind het geweldig. Via de app kan ik een vraag stellen en ik krijg snel een antwoord. Voorheen moest ik bellen naar de huisarts en de lijn was vrijwel altijd bezet. Als ik langs mocht komen, dan moest ik altijd minimaal een half uur wachten in de wachtkamer. En als ik de huisarts zag, dan was vrijwel altijd het antwoord dat “we” het nog een weekje moesten aankijken. Verschrikkelijk. Via mijn nieuwe huisarts gaat dat veel makkelijker: Ik stuur een berichtje via de app en als de huisarts me alsnog wil zien dan hoef ik nooit lang te wachten en de huisarts heeft 20 minuten de tijd voor me.

Comments are closed.