Community Abonneren
Inloggen ×
Op Urk komt zorg op afstand een stapje dichterbij

77% van de huisartsen ervaart knelpunten door ruimtegebrek – handreiking moet soelaas bieden

(afbeelding van ’t Dok is illustratief en heeft geen verband met de inhoud van dit artikel). De druk op de huisartsenzorg blijft toenemen, en in steeds meer regio’s lopen huisartsenpraktijken vast door gebrek aan passende huisvesting. Met de publicatie van de Handreiking Huisvesting huisartsen en gezondheidscentra presenteren LHV, InEen, VNG, ZN en de ministeries van […]

(afbeelding van ’t Dok is illustratief en heeft geen verband met de inhoud van dit artikel). De druk op de huisartsenzorg blijft toenemen, en in steeds meer regio’s lopen huisartsenpraktijken vast door gebrek aan passende huisvesting. Met de publicatie van de Handreiking Huisvesting huisartsen en gezondheidscentra presenteren LHV, InEen, VNG, ZN en de ministeries van VWS en BZK een gezamenlijk kader dat partijen moet helpen om de huisvestingsproblematiek structureel en toekomstbestendig aan te pakken. De handreiking beschrijft rollen, verantwoordelijkheden en concrete instrumenten voor betere samenwerking tussen gemeenten, zorgverzekeraars, regionale huisartsenorganisaties en huisartsen zelf.

Urgente problematiek raakt toegankelijkheid van zorg

Volgens de handreiking ervaart 77% van de huisartsen knelpunten door ruimtegebrek, variërend van het niet kunnen aannemen van extra personeel tot het niet kunnen inschrijven van nieuwe patiënten. De gevolgen zijn zichtbaar: in veel regio’s ontstaan patiëntenstops en wordt het borgen van continuïteit steeds complexer. Huisvesting blijkt een cruciale factor in het opvangen van deze druk. Praktijken kunnen niet uitbreiden, verhuizen is lastig en de financiële drempels zijn hoog.

De samenstellers benadrukken dat het huisvestingsvraagstuk geen verantwoordelijkheid van één partij is. Juist het ontbreken van duidelijke rolverdeling leidde de afgelopen jaren tot vertraging, inefficiëntie en projectstagnatie. Met het Integraal Zorgakkoord (IZA) is daarom afgesproken om tot een gezamenlijke, werkbare aanpak te komen.

Regionale verkenningen als vertrekpunt

De handreiking stelt dat een effectieve aanpak begint met een regionaal inzicht in de huidige en toekomstige huisvestingsbehoefte. Regionale huisartsenorganisaties hebben hierin een sleutelrol. Zij verzamelen signalen van praktijken, brengen ontwikkelingen zoals pensionering en verwachte overnames in kaart en fungeren als aanspreekpunt voor gemeenten en verzekeraars.

Het document benadrukt dat tijdig signaleren essentieel is: gebiedsontwikkeling kan 5–10 jaar duren, projectontwikkeling 3–8 jaar, en zelfs kleinere verbouwingen vragen vaak 2–3 jaar doorlooptijd.

Gemeenten krijgen scherpere opdracht in ruimtelijke ordening

Voor gemeenten bevat de handreiking uitvoerbare richtlijnen om eerstelijnszorg structureel te integreren in ruimtelijke plannen. Zo kunnen gemeenten:

  • in de Omgevingsvisie een expliciet beleidsdoel opnemen voor voldoende huisartsencapaciteit;
  • normen vaststellen voor benodigde m² praktijkruimte per inwoner (zoals 0,07 m² per inwoner of 150 m² per FTE huisarts);
  • bij nieuwbouwprojecten kavels bestemmen voor eerstelijnszorg;
  • corporaties en projectontwikkelaars vroegtijdig betrekken via marktconsultatie;
  • gemeentelijk vastgoedbeleid benutten om betaalbare ruimte beschikbaar te houden.

Ook biedt de Omgevingswet ruimte om specifieker te bestemmen—bijvoorbeeld “uitsluitend huisartsen” of “eerstelijnszorg”—wat in stedelijke gebieden kan voorkomen dat zorgaanbieders worden weg geconcurreerd door commerciële functies.

Zorgverzekeraars: van inkoper naar regierol Zorgverzekeraars worden met name aangesproken op hun verantwoordelijkheid voor toegankelijkheid. De handreiking beschrijft drie operationele rollen:

1. Regionale samenwerking aanjagen – actief deelnemen aan overlegstructuren met gemeenten en RHO’s.

2. Regiobeelden opstellen – inzichtelijk maken waar toekomstige knelpunten ontstaan, bijvoorbeeld door pensionering of snelle groei.

3. Financiële interventies – via segment 2 (O&I) ondersteuning bieden voor verhuizing of uitbreiding, en via segment 3 maatwerk bieden in situaties waarin de continuïteit in gevaar komt.

Voorbeelden uit Blerick, Hardenberg en de regio Delft-Westland laten zien dat verzekeraars met gerichte interventies daadwerkelijk versnelling kunnen creëren.

Huisartsen moeten vroegtijdig schakelen De handreiking benadrukt dat huisartsen zelf eindverantwoordelijk blijven als ondernemer. Van hen wordt verwacht dat zij:

  • huisvestingssignalen vroeg melden;
  • de regionale organisatie inschakelen;
  • hun capaciteitsbehoefte voor de komende jaren inzichtelijk maken;
  • en bij acute financiële problemen direct contact opnemen met de verzekeraar.

De handreiking verwijst tevens naar aanvullende richtlijnen van de LHV, waaronder bouwnormen en een stappenplan voor praktijkvestiging.

Naar structurele borging van eerstelijnszorg in wijken De samenwerking tussen partijen staat centraal. Voorbeelden zoals het Rotterdamse H-team 010 illustreren dat een gedeeld loket en gecoördineerde aanpak leidt tot betere oplossingen en kortere doorlooptijden. Het document biedt een raamwerk waarmee regio’s zowel ad hoc als structureel kunnen werken aan voldoende huisvestingscapaciteit.

Tegelijkertijd blijft financiering een knelpunt. De NZa werkt aan nieuwe kostprijstarieven voor 2025, en aanvullend onderzoek moet de aard en omvang van financiële barrières scherper in beeld brengen. Later dit jaar volgt een aanvullende handreiking gericht op financieringsoplossingen.

Conclusie Met de nieuwe handreiking ligt er voor het eerst een landelijk gedragen, integraal kader dat partijen ondersteunt bij een van de meest hardnekkige knelpunten in de eerstelijnszorg. Door gezamenlijke regie, vroegtijdige afstemming en betere ruimtelijke inbedding moet het mogelijk worden om de huisvesting van huisartsen structureel te waarborgen—en daarmee de toegankelijkheid van de huisartsenzorg ook in de toekomst veilig te stellen.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Lees verder